Uitvoeringslijn 3: Vakmanschap
Omdat professionalisering, versterking en verbreding en vernieuwing belangrijke aandachtspunten zijn binnen het koersdocument en de kwaliteitscriteria is het van belang dat we met elkaar aandacht hebben voor passend en toereikend opleidingsaanbod. Hierbij gaat het om zowel omscholing, nascholing en verdieping. Het verschil tussen deze vier componenten zit in doelgroep (van ouders én kinderen) en fase van werk. Om hier een passend aanbod op te genereren moeten we eerst in beeld hebben wat er nodig is en wat er al is.
Het huidige aanbod is versnipperd en het lijkt niet toereikend. De wens voor een Associate Degree- opleiding is groot; specifiek bedoeld voor professionals die zich om willen scholen. Er is echter ook behoefte aan aanbod voor bestaande gezinshuisouders die meer willen leren over een specifiek thema of hun professie op peil willen houden. Willen we het juiste aanbod ontwikkelen dan moeten we dus eerst in beeld hebben wat er nodig is en welke (nieuwe) opleiding daarbij hoort. Dat betekent dat we moeten weten welk competentieprofiel we als uitgangspunt nemen, wat er al aan opleidingsaanbod is dat daar op aansluit en wat er vervolgens nog ontwikkeld moet worden.
De opdracht in deze uitvoeringslijn luidt dan ook:
- Vul het competentieprofiel Kind en Jeugd waar nodig aan en gebruik dat als uitgangspunt.
- Ontwikkel vervolgens, daar waar nodig, passend en toereikend opleidingsaanbod en maak inzichtelijk wat er al is met specifieke aandacht voor vitaliteit.
- Dit alles in samenwerking met het veld en de verantwoordelijke betrokken opleidingsinstituten.
- Op het gebied van integrale samenwerking ligt de aandacht op Matching & Plaatsing. Daar waar dit onderwerp (strategisch) wordt doorontwikkeld en een relatie legt met het totale zorglandschap, wordt er een expliciete verbinding gelegd door gezinshuizen. Het is voor de ontwikkelaars duidelijk waarom het van belang is dat de randvoorwaarden van gezinshuizen worden meegenomen in de ontwikkeling van M&P en is duidelijk hoe deze randvoorwaarden worden geborgd in het instrument zodanig dat er sprake is van de juiste jongere op de juiste plek.